Wat is de zorgplicht van de school?


Scholen hebben de zorgplicht om ieder kind een passende onderwijsplek te geven. Sinds 2014 werken scholen in samenwerkingsverbanden samen om ervoor te zorgen dat ieder kind zich kan ontwikkelen, zoals dat staat beschreven in de Wet passend onderwijs. Hieronder lees je meer over wat de zorgplicht precies inhoudt, voor wie de Wet passend onderwijs geldt en hoe passend onderwijs werkt.

Wat houdt de zorgplicht in?

Scholen hebben een zorgplicht om elk kind een passende onderwijsplek te geven. De Wet passend onderwijs is in 2014 in werking getreden en opgenomen in de Wet op primair onderwijs. Scholen werken sindsdien samen in een samenwerkingsverband, zodat kinderen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en kinderen die extra ondersteuning nodig hebben een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen.

Als een kind extra begeleiding of ondersteuning nodig heeft, moeten scholen in een samenwerkingsverband ervoor zorgen dat het kind een plek krijgt op de school naar keuze. In de regio Alkmaar, Noord-Kennemerland zorgt samenwerkingsverband PPO-NK hiervoor.

Als een basisschool naar keuze de benodigde hulp niet kan bieden aan jouw kind, dan moet de school op zoek gaan naar een school die dit wel kan bieden. Dit gaat altijd in overleg met de ouders. Heb je hulp nodig, of extra vragen? Neem dan contact op met een consulent van PPO-NK.

Voor wie geldt de Wet passend onderwijs?

De Wet passend onderwijs geldt voor kinderen met een verstandelijke of lichamelijke beperking, kinderen die langdurig ziek zijn en kinderen met psychiatrische of gedragsstoornissen.

Voor kinderen met visuele of auditieve beperkingen, of ernstige spraak- en taalmoeilijkheden wordt de zorgplicht nog op landelijk niveau geregeld en dus niet met regionale samenwerkingsverbanden. Voor hen is de Wet passend onderwijs niet van toepassing.

Hoe werkt de zorgplicht?

Het samenwerkingsverband stelt een ondersteuningsplan op. In zo’n ondersteuningsplan staat de basisondersteuning die elke school in het samenwerkingsverband kan bieden. Denk aan hoe de school toegankelijk is gemaakt voor kinderen met een beperking, of hoe een school lesgeeft aan leerlingen met een lagere of hogere intelligentie. Alle scholen in het samenwerkingsverband kunnen dit niveau aanbieden: alle kinderen hebben hier dus recht op.

In het ondersteuningsplan staan ook de criteria voor verwijzing naar scholen voor speciaal onderwijs, mocht onderwijs op een reguliere basisschool niet mogelijk zijn.

Hoe gaat het precies in zijn werk?

Het schoolbestuur heeft de plicht om te onderzoeken of een kind extra ondersteuning nodig heeft. Jij als ouder moet bij de aanmelding aangeven of je het vermoeden hebt dat je kind extra ondersteuning nodig zal hebben. Als de aanmelding binnen is, heeft de school zes weken de tijd om een passende plek te vinden. Op de eigen school en als dat niet kan, op een andere school in de regio. Deze termijn kan worden verlengd met vier weken.

Als na tien weken nog geen passende plek voor je kind is gevonden, krijgt hij of zij een tijdelijke toelating op de school waar je je kind hebt aangemeld. Tot er een andere, geschiktere school is gevonden die het kind wil toelaten. Ook als je kind al op school zit en jullie later ontdekken dat extra ondersteuning nodig is, heeft de school een zorgplicht. De school moet dus onderzoeken of kinderen extra ondersteuning nodig hebben en een passende plek voor ze vinden. Als een school je kind weigert of verwijdert, dan moet het schoolbestuur hiervoor een goede motivatie hebben.

Klachten

Ben je het niet eens met de ondersteuning van jouw kind of met de plaatsing van jouw kind op een school? Dan kun hier verschillende dingen aan doen. Probeer eerst in gesprek te gaan met de school en er samen uit te komen, eventueel met de intern begeleider of zorgcoördinator erbij. Mocht dat niet werken, zoek dan contact met een consulent van het samenwerkingsverband. Samen met jou en de school maakt een consulent een stappenplan om de situatie op te lossen.

Binnen zes weken kun je bezwaar indienen bij een adviescommissie van het samenwerkingsverband of bij de Landelijke Bezwaaradviescommissie Toelaatbaarheidsverklaring (LBT), die binnen vier weken een beslissing neemt.

Binnen zes weken kun je ook nog bij de Geschillencommissie Passend Onderwijs (GPO) terecht voor een advies over:

  • de (weigering van) toelating van kinderen die extra ondersteuning nodig hebben,
  • verwijdering van een kinderen en
  • bijstelling van het ontwikkelingsperspectief van het kind.

Verder lezen:
Wat zijn de plichten van de school?